Op dit moment staat de rekening-courant schuld van de DGA aan zijn eigen bv weer volop in de belangstelling. Uiteraard hangt dit samen met de aankondiging van het wetsvoorstel excessief lenen bij eigen vennootschap. Ook de aangekondigde nieuwe box-3 systematiek kan ertoe aanzetten om het lenen van de bv in heroverweging te nemen. Voor u tot aflossing overgaat, willen wij uw aandacht vragen voor de onderstaande punten, die allen zien op verrekening (van vorderingen en schulden).
Uitkeren dividend ter aflossing rekening-courant
Nu het pensioen is uitgefaseerd, is er in veel bv’s weer ruimte voor dividenduitkeringen ontstaan. Daarnaast stijgt het box 2 tarief van 26,25% in 2020 naar 26,9% in 2021. Het (zo snel mogelijk) uitkeren van dividend kan dus een mooie manier zijn om van de schuld aan de bv af te komen. Daarbij is het wel van belang dat de verschuldigde dividendbelasting binnen een maand na het dividendbesluit moet worden afgedragen. Daar moeten dus liquiditeiten voor worden vrijgespeeld.
Wat echter vaak niet wordt onderkend, is dat de uitkering van het dividend plus de aflossing van de rekening-courantschuld feitelijk een kasrondje vereisen (dus nog meer liquiditeiten) in plaats van kortweg met elkaar te kunnen worden verrekend. Eén van de vereisten voor de verrekening is namelijk dat schuldenaar en schuldeiser in dezelfde hoedanigheid handelen en dat is in deze situatie niet het geval. De dividenduitkering gaat namelijk tussen de bv en haar aandeelhouder en de rekening courant schuld tussen de bv en haar directeur. In geval van faillissement van de bv kan de curator de verrekening mogelijk ongedaan maken en de DGA verzoeken om alsnog tot aflossing van de schuld over te gaan. Zijn dividendvordering is in dat geval vaak weinig meer waard (slechts concurrent schuldeiser). Dit is één van de valkuilen bij een dividenduitkering.
Afwaarderen vordering op bv
Het komt ook vaak voor dat een DGA zowel een vordering op als een schuld aan zijn bv heeft. Deze vordering kan bij oninbaarheid (mits zakelijk) worden afgewaardeerd ten laste van het box 1 inkomen (t.b.s.). Er kan echter pas sprake zijn van oninbaarheid indien en voor zover deze vordering meer bedraagt dan de eigen schuld. Er vindt dan een soort fictieve verrekening plaats. Tot dat bedrag kan er geen sprake zijn van oninbaarheid en dus geen afwaardering.
Verrekenrechten Belastingdienst
Om het verhaal over verrekenen volledig te maken wijzen wij graag nog op het volgende. De Belastingdienst heeft veel ruimere verrekenrechten. Die kan belastingschulden en vorderingen van verschillende middelen, bijvoorbeeld Vennootschapsbelasting en Loonbelasting ter zake van dezelfde belastingplichtige met elkaar verrekenen. Indien er echter sprake is (geweest) van een fiscale eenheid voor de Vennootschapsbelasting, gaat het recht tot verrekenen zelfs zo ver dat een teruggaaf van Vennootschapsbelasting van de ene bv kan worden verrekend met de Loonbelastingschuld van de inmiddels gefailleerde andere bv! Het enige vereiste is dat er sprake was van een Fiscale eenheid voor de Vennootschapsbelasting ten tijde van het ontstaan van de belastingschuld en/of vordering.
Let op met de benaming rekening-courant
Tot slot merken wij nog op dat er vaak wordt gesproken van een rekening-courantpositie, terwijl de schuld van de DGA aan de bv al jaren oploopt. Feitelijk is er dan gewoon sprake van een langlopende schuld en moeten er afspraken worden gemaakt over rente, looptijd en aflossing. Ook de positie op de balans wijzigt dan.