Recent kreeg ik te maken met een cliënt waar twee broers samen het goed draaiende bedrijf – gedreven in een BV – van hun ouders wilden overnemen. Beide broers wensten gelijke zeggenschap en wilden ook graag beiden directeur worden met zoveel mogelijk dezelfde positie. Gaande de gesprekken bleken er (ook onderhuids) toch wel wat verschillende inzichten te bestaan waar goed over doorgesproken moest worden. Gelukkig zijn we daar goed uitgekomen, ook door heldere afspraken te maken waar iedereen mee verder kon.
Besloten Vennootschap
In mijn adviespraktijk kom ik regelmatig tegen dat er sprake is van een Besloten Vennootschap (BV) waar twee aandeelhouders samen ieder 50% van de aandelen hebben. Ook in een familiebedrijf is dit regelmatig het geval.
Dit soort samenwerkingen met gelijke 50-50 verhoudingen kan soms tot een lastige en moeilijke situatie leiden. Er kan een impasse ontstaan in de samenwerking en besluitvorming, of erger, er kan zelfs ruzie door ontstaan. Hoe dan te handelen als beide broers er samen niet uitkomen en besluiten niet meer kunnen worden genomen en ook (familie)verhoudingen onder druk komen te staan?
Regeren is vooruitzien
Het beste is om vooraf te bedenken en afspraken te maken hoe er gehandeld kan worden als een dergelijke situatie ontstaat. Denk in scenario’s en maak zaken bespreekbaar. Dat begint bij voorkeur al bij de oprichting van de BV, of op het moment dat toetreding van een aandeelhouder of wijziging in de structuur plaatsvindt, bijvoorbeeld bij bedrijfsopvolging. Dat zijn geschikte momenten om afspraken met elkaar te maken over de gewenste samenwerking, ieders taak- en rolverdeling en een gezamenlijke visie op de toekomst. Waarbij ook besproken wordt hoe te handelen als er toch een patstelling of conflict ontstaat.
Ook als de samenwerking al bestaat kunnen gelukkig dit soort afspraken alsnog worden gemaakt. Al is het maar om deze moeilijke situaties voor de toekomst te voorkomen.
Mijn advies: maak duidelijke afspraken en leg deze vast!
Natuurlijk kan dit het beste gebeuren als de onderlinge verhoudingen en samenwerking nog goed zijn. Afspraken kunnen dan worden vastgelegd in de statuten en een aandeelhoudersovereenkomst. Ga dus op tijd om tafel zitten met jouw cliënt om afspraken te maken die ook toekomstbestendig zijn. Zodat discussies en conflicten zo veel mogelijk voorkomen worden.
Ik geef je enkele handvaten hiervoor mee. In een aandeelhoudersovereenkomst kunnen bijvoorbeeld afspraken worden gemaakt. Hieronder een paar suggesties.
Taakverdeling en business plan
De onderlinge taakverdeling en bevoegdheden tussen beide directeuren en eventueel een gezamenlijke visie met een business plan. Zo is duidelijk wat er over en weer van elkaar verwacht mag worden, wat er zelfstandig besloten kan worden en wanneer ze samen beslissen. Denk hierbij ook aan heldere afspraken over de besluitvorming in allerlei bijzondere situaties zoals bij investeringen, gewenste uitbreidingen, ontslaan van personeel, aangaan van financieringen etc.
Duidelijk dividendbeleid en financieringsbeleid in de BV
De persoonlijke (financiële) situatie van beide aandeelhouders kan soms tot verschillende visies leiden over hoe om te willen gaan met toekomstige winsten in het bedrijf. De ene persoon wil graag veel dividend uitkeren en de ander heeft liever een flinke buffer in het bedrijf. Verschil van inzicht of patstelling over dividend kan vaak voorkomen worden door vooraf een duidelijk dividendbeleid en financieringsbeleid in de BV met elkaar af te spreken.
Bijzondere situaties
Bespreek de bijzondere situaties die tot een aanbiedingsplicht van de aandelen kunnen leiden. Bijvoorbeeld in geval van overlijden, langdurige arbeidsongeschiktheid of beëindiging of wijziging van een managementovereenkomst met een bestuurder. Het zal niet de eerste keer zijn dat er discussie ontstaat over doorbetaling van een fee bij langdurige (onverwachte) ziekte van een directeur. Dat kan voorkomen worden door vooraf heldere afspraken te maken.
‘Bad leaver’ afspraken
In het geval een aandeelhouder/directeur zich bijvoorbeeld niet aan afspraken houdt of zelfs ernstig verwijtbaar zou handelen (zoals bij niet te voorziene situaties als fraude, verduistering of concurrerende activiteiten met het eigen bedrijf). In dergelijke situaties wil de voortzettende aandeelhouder/directeur natuurlijk niet de ‘hoofdprijs’ (marktwaarde) voor de aandelen betalen als een directeur zou moeten vertrekken.
Verschil van inzicht
Het is daarnaast ook aan te bevelen om een regeling te treffen voor het geval er toch een verschil van inzicht of ruzie ontstaat, bijvoorbeeld door een goede geschillenregeling op te nemen met een mediationclausule en/of een bindend adviesregeling. Bij die laatste kan een deskundige onafhankelijke derde persoon een bindend advies uitbrengen waarbij beide aandeelhouders zich conformeren aan de uitkomst daarvan en hun stemgedrag als aandeelhouder daarop dan aanpassen zodat er alsnog besluiten kunnen worden genomen.
Derde partij
Ook kan gedacht worden aan een regeling waarbij een derde betrokkene (waarin beiden vertrouwen hebben) een doorslaggevende stem krijgt bijvoorbeeld als commissaris, bindend adviseur of zelfs als 3e Bijvoorbeeld een familielid. Het kan ook zo ver gaan dat een aandeel (tijdelijk) bij een derde partij wordt ondergebracht die, als het nodig is, een doorslaggevende stem heeft in de aandeelhoudersvergadering (‘Wip-aandeel’). Die persoon heeft dan een doorslaggevende stem bij bijzondere situaties.
‘Russisch roulette’
Eventueel kunnen bij een geschil nog verdergaande afspraken worden gemaakt over de overdracht van aandelen waar een bepaald mechanisme aan verbonden is, zoals bijvoorbeeld een ‘Mexican-shoot-out’ of ‘Texas-shoot-out’ bepaling of een ‘Russian roulette’-afspraak. Bij die laatste doet een van de aandeelhouders een bod. De andere aandeelhouder kan dan kiezen om de aandelen voor deze prijs te kopen of juist te verkopen. Hierbij wordt gewaarborgd dat een prijs wordt betaald die beide partijen redelijk achten. Dit zijn behoorlijk vergaande en ook ‘spannende’ afspraken omdat beide partijen dan een bod doen op de aandelen van de andere partij (in gesloten enveloppen!). Regelmatig schrikken partijen toch terug voor dit soort afspraken.
Wettelijke geschillenregeling
Er is overigens ook een wettelijke geschillenregeling die verschillende mogelijkheden kan bieden bij een impasse (artikel 2:335 t/m 343c van het Burgerlijk Wetboek). Onder nogal strikte voorwaarden kan een procedure tot uitstoting of uittreding in gang worden gezet. Dit blijft vaak een niet makkelijke route omdat de rechter een dergelijke vordering alleen zal toewijzen als er bewezen sprake is van een situatie waarbij voortzetting van de samenwerking niet langer verwacht mag worden omdat de belangen van de BV daarmee geschaad worden en waardoor de betrokken aandeelhouder uitgestoten moet worden of dat dit het uittreden van de andere aandeelhouder onontkoombaar maakt. Dat is vaak lastig te bewijzen.
Ook een enquêteprocedure bij de Ondernemingskamer wordt soms gevolgd, maar dat is duur en kost veel tijd en biedt geen garantie op een oplossing.
Tot slot
Het mag duidelijk zijn; het advies is om tijdig stappen te zetten om impasses te voorkomen en dit bespreekbaar te maken bij je cliënt. Ga dus met je cliënt om tafel en bespreek diverse scenario’s en het risico op eventuele impasses of een geschil als de aandeelhouders of directeuren er samen niet uitkomen.
Leg afspraken daarna vast in een aandeelhoudersovereenkomst en statuten en houdt zo goed mogelijk rekening met ieders wensen, persoonlijke situatie en gezamenlijke visie en toekomstplannen zodat de afspraken ook toekomstbestendig blijven. Evalueer afspraken ook na enige tijd of ze nog steeds passend zijn.
Heb je een concrete kwestie die in jouw praktijk speelt? Voor meer advies of begeleiding hierbij kan je contact opnemen met Jaco Hoksbergen.