Het liquideren van een bv kan grote fiscale gevolgen hebben als er een pensioen-, oudedags-, lijfrente- of stamrechtverplichting is.
Regelmatig wordt ons gevraagd mee te denken over een oplossing voor deze fiscale gevolgen. Het accountantskantoor dat ons benaderde heeft een nieuwe klant, die enkele jaren geleden een bv heeft geliquideerd. Bij onderzoek door de nieuwe adviseur blijkt dat er nog een verplichting aan de directeur groot aandeelhouder (dga) was. Deze verplichting is vrijgevallen in de winst van de bv en omdat er verrekenbare verliezen waren, werd geen vennootschapsbelasting betaald.
Feitelijk heeft de dga het recht op uitkeringen prijsgegeven of afgekocht. De fiscale sanctie is een heffing loon/inkomstenbelasting plus revisierente, die kan oplopen tot zo’n 70% over de commerciële (!) waarde van de verplichting. Dit gevolg is bevestigd in recente jurisprudentie.
Hoe had dit voorkomen kunnen worden?
Voordat de bv wordt geliquideerd, moet de verplichting eruit worden gehaald. Dit kan wellicht door het overdragen naar een professionele uitvoerder (afstorten). Gaat het om een stamrecht uit een ontslagvergoeding (loon-stamrecht), dan kan ook volledige afkoop worden overwogen.
Let bij het zoeken naar een oplossing wel op de specifieke fiscale eisen van de verplichting. Zo mag een pensioen niet in een bankspaarproduct worden afgestort en is voor een ODV in de uitkeringsfase toestemming van de Belastingdienst nodig.
Hulp nodig?
Twijfel je? Neem geen risico! Wij hebben kennis en kunde in huis en denken met je mee. Neem contact met ons op om de mogelijkheden te bespreken. En is het toch misgegaan of krijg je een nieuwe klant waarvan het dossier niet op orde is? Wij helpen je graag om tot een passende oplossing te komen, al dan niet door overleg met de Belastingdienst.
