Helpdeskvraag
Mijn klant heeft een bv waaruit zij oudedagsverplichting (ODV)-uitkeringen ontvangt en zij wil van haar bv af. De activa bestaan alleen uit liquiditeiten. Wat te doen met de ODV?
Ons advies
Algemeen
Als adviseur in het mkb krijg je deze vraag vast vaker. De klant wil eenvoud en wil bij overlijden de partner niet achterlaten met een bv (waarin een verplichting zit).
Het liquideren van een bv, terwijl er nog een pensioen-, stamrecht-, lijfrenteverplichting of ODV op de balans staat, levert fiscale sancties op. Zie ook mijn publicatie Geliquideerde bv had nog een pensioenverplichting aan de dga. Gelukkig heeft deze bv voldoende liquiditeiten, waardoor er diverse opties zijn.
Opties ODV
ODV-uitkeringen lopen tot 20 jaar na het bereiken van de AOW-leeftijd. Een andere looptijd van de ODV-uitkeringen is niet toegestaan, behoudens afronding binnen specifieke kaders.
Wil jouw klant de bv vóór de einddatum van de ODV-uitkeringen liquideren, dan zijn er twee opties:
- Overdragen. Het ODV-saldo wordt aan een ander eigenbeheerlichaam overgedragen, waarbij dat andere lichaam de ODV-verplichting een-op-een overneemt.
- Afstorten. Het ODV-saldo wordt afgestort bij een professionele uitvoerder en wordt daardoor automatisch omgezet in een lijfrente. Afstorten kan bij een verzekeraar (lijfrenteverzekering), bank (bankspaarproduct) of beleggingsinstelling (beleggingslijfrente).
Direct na uitvoering van een van deze opties kan de bv worden geliquideerd. Welke optie het meest passend is, hangt af van de specifieke situatie van de klant. Optie 1 kan bijvoorbeeld prettig zijn, als het de bedoeling is wel een bv aan te houden, maar in een eenvoudiger structuur.
Bij optie 2 zijn vanaf het moment van afstorten de lijfrente-regels van toepassing. Een lijfrente biedt meer flexibiliteit dan een ODV bij het bepalen van de ingangsdatum en de looptijd van de uitkeringen. Zo is in een lijfrente wel een kortere looptijd (minimaal 5 jaar) of een hoog-laag uitkering mogelijk.
Aandachtspunten
Nu de ODV-uitkeringen al zijn ingegaan, kan alleen het gehele ODV-saldo worden afgestort en is daarvoor vooraf akkoord van de Belastingdienst nodig. De bv is inhoudingsplichtig voor de ODV-uitkeringen. Overdracht en afstorten gebeurt echter zonder inhoudingen. De bv maakt het ODV-saldo rechtstreeks naar de nieuwe uitvoerder over.
Het besluit tot afstorten moet worden vastgelegd in notulen AV. Bij overdracht is ook een overeenkomst van overdracht nodig.
Geen liquidatie maar emigratie
De bv is uitsluitend een toegelaten uitvoerder van de ODV, als deze in Nederland is gevestigd en de bv de ODV blijft rekenen tot het binnenlands (= Nederlands) ondernemingsvermogen. Aan deze fiscale voorwaarde wordt niet meer voldaan, als bij emigratie van de DGA geen bestuurder in Nederland is aangewezen. De bv wordt dan namelijk geacht met de DGA mee te emigreren.
Betreft het de emigratie naar een andere EU-lidstaat of EER-land dan kan de Belastingdienst worden verzocht de bv aan te wijzen als toegelaten uitvoerder van de ODV. Emigreert de DGA naar een ander land, dan is een aanwijzing niet mogelijk en moet de ODV uit de bv worden gehaald.
De emigrerende DGA heeft in basis dezelfde twee opties als hiervoor toegelicht. Bij overdracht naar een ander eigenbeheerlichaam speelt waarschijnlijk hetzelfde als in de vorige twee alinea’s besproken.
Wordt vervolgd
Een stamrecht in de bv? Zie het vorige artikel van Mariëtte Elling. Een pensioen of lijfrente in de bv? Mariëtte Elling gaat hier in volgende artikelen verder op in.