Vele België-structuren (maar ook die met Duitsland en andere landen) zijn mager opgezet. Er bestaat dan een groot risico op het niet van toepassing zijn van de inhoudsvrijstelling dividendbelasting met alle gevolgen van dien.
Verzorgt u de administratie voor ondernemingen met een dga die buiten Nederland woont (België, Curaçao, Duitsland)? Dan loopt u aan tegen de inhoudingsvrijstelling van de dividendbelasting. Ook bedrijven die buitenlandse activiteiten hebben (een werkplaats, een verkoopkantoor, maar ook een project), lopen tegen verplichtingen aan dat verrekenprijzen onderbouwd moeten worden.
Internationaal en Europees belastingrecht is gecompliceerd. In het artikel ‘Dividendbelasting en de buitenlandse dga: trouble in paradise’ wordt ingegaan op deze problematiek. Het artikel is verschenen in Het Register, editie 6, december 2020 en is geschreven door Prof. dr. Hans van Hurk en mr. Frank Herreveld.
Hans van Hurk verzorgt op 24 november de Introductiecursus Internationaal en Europees belastingrecht (Leusden, 11.00 – 14.30 uur). In deze introductiecursus wordt door Prof. dr. Hans van den Hurk theorie behandeld aan de hand van concrete praktijkvragen. Wat betekent het wanneer een bedrijf een dochtervennootschap of een filiaal opent in Duitsland of een ander land? En heeft het nog gevolgen als een bedrijf gedurende anderhalf jaar in een ander land meewerkt aan de bouw van een vliegveld? Wanneer is een dividenduitkering vanuit de werk-bv in Nederland aan de moedervennootschap in bijv. België vrijgesteld van dividendbelasting? Dit zijn voorbeelden van vragen waar u antwoord op krijgt tijdens deze cursus.