Het ei is gelegd: de vier partijen (PVV, VVD, NSC en BBB) hebben een hoofdlijnenakkoord gesloten. Wat betekent dit akkoord voor arbeidsrecht? In het hoofdlijnenakkoord staan weinig onderwerpen die gericht zijn op het arbeidsrecht, maar er zijn een aantal zaken die het arbeidsrecht c.q. sociale zekerheid raken.
- De compensatie van de transitievergoeding voor werkgevers met meer dan 25 werknemers komt per 1 juli 2026 te vervallen
- De werkeloosheidswet (WW) wordt hervormd door bijv. het verlengen van de opzegtermijn van arbeidscontracten in combinatie met een poortwachterstoets WW bij het UWV en/of een verkorting van de WW-duur tot 18 maanden
- Het hoge deel van de premie voor het Algemeen werkloosheidsfonds (Awf) gaat met 0,1% punt omhoog
- Geen verdere extra verhoging van het minimumloon (en dus ook niet van de AOW en sociale uitkeringen)
- Zekerheid op de arbeidsmarkt wordt gestimuleerd, bijvoorbeeld voor echte zelfstandigen (zzp’ers) in het zelfstandigenbeleid en door regulering van de uitzendsector
- Het streven is meer vaste contracten voor werknemers. Daarom wordt de wetsbehandeling van de Wet verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden (VBAR) en de Wet toelating terbeschikkingstelling van arbeidskrachten (WTTA) voortgezet
- Er wordt stapsgewijs gewerkt aan verbeteringen in de sociale zekerheid, fiscale regelingen en de toeslagen, zodat werken meer loont. De wetgeving wordt voorbereid voor een hervorming van het toeslagen- en belastingstelsel
Migratiebeleidspunten die werkgevers raakt
- Kennis- en studie migratie wordt naar verhouding gebracht
- Arbeidsmigranten van buiten de EU, met uitzondering van kennismigranten, worden tewerkstellingsvergunning plichtig. De Nederlandse Arbeidsinspectie (NLA) gaat, ook op deze groep, extra handhaven
- Werkgevers van arbeidsmigranten (niet Nederlandse ingezetenen) worden verantwoordelijk voor overlast en kosten van arbeidsmigranten zonder reguliere huisvesting (shortstay en midstay). Zij moeten daarover afspraken maken met gemeenten waarin hun werknemers met short- en midstay worden gehuisvest. Hiermee wordt bevorderd dat medeoverheden meer ruimte laten voor huisvesting op het eigen terrein van de werkgever
- Bij langdurig verblijf krijgen werkgevers ook een verantwoordelijkheid voor het leren van de Nederlandse taal door deze werknemers
Hoe en wanneer de wijzigingen ingaan, wordt in de komende periode duidelijk. We houden je op de hoogte!